Op verzoek van de Tweede Kamer zijn met gemeenten afspraken gemaakt over onder meer de boetevrije periode van zero-emissiezones, langer uitstel voor bestelauto’s met emissieklasse 6 en landelijk geldende ontheffingen.
In zero-emissiezones mogen op termijn alleen nog bedrijfswagens en vrachtwagens zonder CO2-uitstoot rijden. De meest vervuilende fossiel aangedreven voertuigen mogen vanaf 1 januari 2025 al niet meer in deze zones rijden. In 14 gemeenten bestaat sinds 1 januari 2025 al een zero-emissiezone. Tot en met 2030 komen daar nog minimaal 15 gemeenten bij.
Voor schonere emissieklassen gelden overgangsregelingen die gefaseerd aflopen richting het jaar 2030. Bepaalde voertuigen zoals kraanwagens, hoogwerkers en straatvegers zijn tot 1 januari 2030 wettelijk vrijgesteld van de zero-emissiezones. Die vrijstelling vervalt als het voertuig 13 jaar oud wordt.
Let op! Voor bepaalde auto’s is het verder nog mogelijk om een ontheffing aan te vragen bij het RDW.
Om de invoering van de zero-emissiezones soepel te laten verlopen zijn op verzoek van de Tweede Kamer door gemeenten, brancheorganisaties en staatssecretaris Jansen van Infrastructuur en Waterstaat afspraken gemaakt.
Zo is afgesproken dat elke gemeente een boetevrije periode van minimaal zes maanden instelt. Dit betekent dat pas vanaf 1 juli 2025 de eerste boetes uitgedeeld worden. Elke gemeente kan overigens zelf bepalen om deze boetevrije periode te verlengen.
Verder is een wetswijziging afgesproken waarmee bestelauto’s met emissieklasse 6 een jaar langer uitstel krijgen. Met dit jaar uitstel loopt de overgangsregeling voor deze bestelauto’s niet tot 1 januari 2028, maar tot 1 januari 2029. Zo’n 46 procent van de bedrijfsbussen profiteert hiervan.
Het kabinet werkt tenslotte aan een nieuw convenant met gemeenten en brancheorganisaties. In dit convenant komen afspraken over ontheffingen voor ondernemers die de overstap naar een elektrisch voertuig (nog) niet kunnen maken in verband met netcongestie en/of bedrijfseconomische redenen. Deze ontheffingen gaan dan landelijk gelden en dus niet per gemeente.
Het is de bedoeling dat het convenant nog in het eerste kwartaal van 2025 getekend wordt.
In the Netherlands in 2025, employers will be allowed to deduct a maximum of 25% of the minimum wage from an employee's statutory minimum wage to cover the costs of housing. The proposal off the Dutch government is to reduce this percentage by 5% annually from 2026 to 2029.
Lees verderWerkgevers mogen in 2025 voor de kosten van huisvesting van een werknemer maximaal 25% van het minimumloon inhouden op het wettelijke minimumloon van die werknemer. Het voorstel is om dit percentage vanaf 2026 tot en met 2029 jaarlijks met 5% te verlagen.
Lees verder