Een bedrijf gaf zijn personeel en diens gezinsleden in de periode 2015-2019 een korting op de standaardvervoersprijs voor privéritten met de trein. Deze korting was gelijk aan de collectiviteitskorting die het bedrijf zelf, als zakelijke grootverbruiker van vervoer, ontving van een groepsvennootschap. Op basis van een cao-bepaling was het bedrijf verplicht dit voordeel door te spelen naar de werknemer.
Rechtbank Gelderland behandelde deze zaak. Het bedrijf nam het standpunt in dat het voordeel op de standaardvervoersprijs een collectiviteitskorting vormde. Omdat een dergelijk voordeel voortvloeit uit het feit dat er collectief voordelige afspraken zijn gemaakt met een derde, is dan geen sprake van loon.
De Belastingdienst was het hier niet mee eens. De Belastingdienst meende dat de korting op de vervoersprijs wel degelijk belastbaar loon was, omdat particulieren deze korting niet konden krijgen en dus duurder uit zijn. Het voordeel van de korting moest volgens de Belastingdienst gesteld worden op de korting ten opzichte van de normale prijs die een particulier moest betalen.
Volgens de rechtbank is de korting inderdaad onderdeel van het loon. De korting vloeide immers voort uit cao-afspraken en werd gegeven door de werkgever.
Volgende vraag is nu hoe hoog dit loon is. Voor producten uit de eigen branche van de werkgever gelden daarbij speciale regels om ervoor te zorgen dat deze de waarde niet kan beïnvloeden. Deze regels waren tot 2020 strenger dan tegenwoordig.
Nu de verwachting is dat werknemers bij andere grootverbruikers met een vergelijkbare bepaling in de cao eenzelfde korting zouden krijgen, oordeelt de rechtbank dat de waarde van het vervoersbewijs gesteld mag worden op de prijs, rekening houdend met de korting.
Op grond van deze uitspraak kunt u voor de waardering van een branche-eigen product makkelijker aansluiten bij het bedrag dat bij andere werkgevers (bij wie het geen branche-eigen producten zijn) in aanmerking mag worden genomen. Daarbij komt dat de waardering van branche-eigen producten vereenvoudigd is. Dat betekent per saldo dat wanneer andere werkgevers branche-eigen producten van u kunnen kopen met voordeel, en zij dit voordeel doorgeven aan hun werknemers, ook u mag uitgaan van deze waarde. Zorg daarbij wel voor bewijs.
Dga’s van een bv moeten jaarlijks een gebruikelijk loon uit hun bv opnemen. Dit betekent dat zij een zakelijk salaris moeten ontvangen. Een van de manieren om een zakelijk salaris vast te stellen is om aan te sluiten op het loon van de meestverdienende werknemer. Wat als het loon van een collega-dga het loon van de meestverdienende werknemer is? Geldt die regel dan ook?
Lees verderGrote bedrijven moeten hun jaarrekening verplicht digitaal gaan indienen en in het formaat iXBRL via Standard Business Reporting (SBR). Tot nu toe was dit optioneel voor deze bedrijven. De verplichting geldt voor boekjaren die starten op of na 1 januari 2025.
Lees verder