Het kabinet wil de kenniseconomie verder versterken en tegelijkertijd de migratie naar Nederland verminderen. Daarom scherpt het kabinet de kennismigrantenregeling aan, zodat die meer wordt toegesneden op het talent dat het Nederlandse bedrijfsleven nodig heeft.
Het kabinet wil het salaris dat nodig is om als kennismigrant te worden gezien verhogen. Bij kennismigranten jonger dan 30 jaar wil het kabinet het looncriterium verhogen tot 1,1 keer het gemiddeld bruto jaarsalaris. Momenteel geldt voor deze groep een salarisnorm van minimaal € 4.171,00 bruto per maand. Als gevolg van deze voorgenomen verhoging zal de salariseis met ten minste honderden euro’s per maand stijgen.
Ook zullen de eisen voor bedrijven die een vergunning voor kennismigranten kunnen aanvragen worden verzwaard. Op dit moment moet een bedrijf ‘erkend referent’ zijn om een vergunning te kunnen aanvragen voor een kennismigrant. Daarbij wordt gekeken naar zaken als de financiële gezondheid van een bedrijf en of het bedrijf zich aan de geldende wet- en regelgeving houdt. Het is bijvoorbeeld mogelijk een vergunning af te wijzen als een bedrijf niet het wettelijk minimumloon betaalt of zich schuldig heeft gemaakt aan het tewerkstellen van illegale werknemers. Als het aan het kabinet ligt worden de huidige eisen verder verzwaard, verduidelijkt en aangescherpt. Dit kan door het laten meewegen van overtredingen van andere wetten.
Een bedrijf kan - als het twee jaar of langer geen kennismigrant in dienst heeft gehad - zijn erkenning als referent verliezen.
Werkgevers mogen in 2025 voor de kosten van huisvesting van een werknemer maximaal 25% van het minimumloon inhouden op het wettelijke minimumloon van die werknemer. Het voorstel is om dit percentage vanaf 2026 tot en met 2029 jaarlijks met 5% te verlagen.
Lees verderEen bedrijf gaf zijn personeel en diens gezinsleden in de periode 2015-2019 een korting op de standaardvervoersprijs voor privéritten met de trein. Deze korting was gelijk aan de collectiviteitskorting die het bedrijf zelf, als zakelijke grootverbruiker van vervoer, ontving van een groepsvennootschap. Op basis van een cao-bepaling was het bedrijf verplicht dit voordeel door te spelen naar de werknemer.
Lees verder