Als u uw btw-suppletie over het jaar 2024 vóór 1 april 2025 indient, berekent de Belastingdienst geen belastingrente. Soms kan het verstandig zijn de btw-suppletie al ruim voor die tijd in te dienen.
Heeft u in 2024 te weinig btw aangegeven in uw btw-aangiften en dus te weinig afgedragen aan de Belastingdienst, dan bent u verplicht dit te corrigeren met een btw-suppletie. Als u zorgt dat deze btw-suppletie vóór 1 april 2025 door de Belastingdienst ontvangen is, dan berekent de Belastingdienst geen belastingrente. Dat scheelt weer, want de belastingrente bedraagt in 2025 6,5%!
Let op! Ontvangt de Belastingdienst uw btw-suppletie 2024 niet vóór 1 april 2025, dan berekent de Belastingdienst vanaf 1 januari 2025 belastingrente.
Is het bedrag dat u in uw btw-suppletie moet aangeven € 1.000 of minder, dan dient u geen btw-suppletie in. In plaats daarvan verwerkt u dit bedrag in uw eerstvolgende btw-aangifte.
Vanaf 2025 moet u binnen acht weken nadat u constateert dat u een btw-suppletie moet doen, deze ook indienen. Doet u dat niet, dan kan de Belastingdienst een vergrijpboete opleggen. Verloopt deze termijn van acht weken al snel, dan is het dus verstandig om niet te wachten tot vlak voor 1 april 2025 met het indienen van uw btw-suppletie.
Let op! Naast de acht weken, geldt ook dat u de btw-suppletie moet indienen voordat u weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de Belastingdienst al bekend was of zou worden met de te weinig aangegeven of afgedragen btw.
Tip! Voor btw-suppleties van € 1.000 of minder legt de Belastingdienst geen vergrijpboete op.
De btw-suppletie doet u via het formulier ‘Suppletie omzetbelasting’ dat u vindt nadat u bent ingelogd in Mijn Belastingdienst Zakelijk.
Het kabinet gaat inzetten op een nieuwe anti-witwas aanpak. De belasting voor burgers en bedrijven moet worden verlaagd en voor criminelen juist verhoogd. Men wil dit bereiken door de werkwijze van zogenaamde poortwachters, zoals banken en notarissen, te verbeteren.
Lees verderBelastingplichtigen die pensioen ontvangen en dit na een echtscheiding deels aan hun ex-partner moeten doorbetalen, kunnen te maken krijgen met een schending van het gelijkheidsbeginsel. Het gerechtshof in Den Haag acht dit onterecht en stelde de aftrekbeperking van het doorbetaalde pensioen in een rechtszaak onlangs buiten werking.
Lees verder